donderdag 29 oktober 2009

Opeens weet je het, je gaat zelfhulpboeken schrijven

Wat is dat toch met al die zelfhulpboeken en de zogenaamde experts die deze lectuur eruit persen? Voorheen dacht ik dat uitsluitend winstbejag de drijfveer was, maar nu verdenk ik ze er ook van dat ze zichzelf daadwerkelijk zien als hulpverlener. Tenminste, zo presenteren ze zich op de achterflappen. Ze lopen over van ervaring en willen niets liever dan de opgedane kennis en wijsheid met de lezer delen. Foto’s waar op gepoogd wordt begrijpend te kijken, sieren de achterflap. Oké, titels als ‘Elke dag je hoofd en inbox leeg’ en ‘Passie is wie je bent’ zijn natuurlijk geen literaire hoogstandjes. Nu betreft het hier ook geen echte literatuur. Godzijdank hebben deze scribenten veelal nog niets anders gepubliceerd dan vakliteratuur. “En welk vak betreft het hier dan?”, hoor ik U al vragen, maar daar valt weinig zinnigs over te zeggen. De auteurs zelf bezigen termen als life hacking en persoonlijke ontwikkeling. Zelf houd ik het - onderuit hangend op mijn bank - op deskundologie.

Waar het bij deze boekjes nadrukkelijk ook om gaat (en ik vermijd hier opzettelijk het woord bottom line, dat trendy taalgebruik vind ik op den duur bijster vermoeiend) is dat ze als opstap dienen voor achterliggende diensten. Dit zijn vaak workshops of trainingen die klauwen met geld kosten, waarvoor de auteur in de rol van docent dan wel adviseur treedt en wederom met bijzonder veel kennis van zaken het beste met U voor heeft. Wees gerust, er blijft begrijpend gekeken worden, want de klant is koning. Uiteraard hoor ik vaak het volgende:“U bent gewoon jaloers, want niet iedereen kan zomaar een zelfhulpboek schrijven. En om gepubliceerd te worden moet je heel wat in huis hebben”.

Was het maar zo, de titel zelfhulpboekauteur is evenals elk andere vorm van auteurschap onbeschermd. Daarom is het ook een te laken titel, de term ambacht is hier beduidend meer op zijn plaats. Bovendien is objectieve kwaliteitsbeoordeling dan veel eenvoudiger. Neem bijvoorbeeld een landbouwer die geen eetbaar gewas uit de grond krijgt, iedereen weet dat hij niet voor dat vak geschikt is. Bij schrijvers ligt dit helaas anders. En het zijn er ook zo verdomde veel! Alleen al binnen de Nederlandse landsgrenzen dromen (al dan niet nat) ruim een miljoen mensen ervan een boek te publiceren. Om hun naam op omslag te zien prijken van een boek over kortharige Noorse schoothondjes of kronieken over liesbreuken bij binnenvaartschippers. Een boek over gepassioneerde lege hoofden past hier uiteraard perfect bij. En ik vrees dat de meeste andere publicaties in dit genre veel meer voorstellen. Het adagium ‘Ken u zelve’ is blijkbaar niet meer van deze tijd. En nu maar hopen dat ze daar niet óók weer boeken over gaan schrijven.

Geen opmerkingen: